Beetje historie: Røros Koperwerken had een monopolie op alle handel in Røros. Het was alleen hout, brandhout en houtskool die lokaal werd verkregen, alle andere goederen moesten naar het mijnstadje worden gebracht met slee in de winter of zomers in gedeeltes worden vervoerd. Er was veel illegale handel in Røros. In de winter was het gemakkelijker om grotere zendingen te vervoeren per paard en slee. Omdat het onmogelijk was om monopolies te handhaven werd dit niet meer afgedwongen vanaf 1700.
Lasskjører uit Trondheim, Hedmark en Gudbrandsdal brachten vanaf 1851 haring en vis, granen en meel. Uit Zweden werden bloem, boter, vlas, ijzer, staal, koper en glas vervoerd. Er kwamen ook handelaren uit Oppdal, Lesja, Sunnyvale, Romsdal, Nordfjord, Hardanger en Sogn met vlees en wol. En molensteen van Selbu. Aangrenzende gebieden boden dierenvachten, sneeuwhoen en rendiervlees.
In de huidige tijd wordt veel handwerk, vleeswaren en algemene marktwaar aangeboden. In 2015 zijn er meer dan 250 kramen op de Martnan.
Toen we aankwamen in Røros konden we de auto redelijk snel kwijt vlak bij het ziekenhuis, op een klein stukje lopen vanaf de plek waar de eerste kraampjes stonden. Omdat het toch zo'n uurtje rijden is vanaf Savalen hadden we eerst behoefte aan wat drinken.
Gelukkig voor ons ging nèt de lavvo open (een traditionele Samische tent, lijkt op een tipi of wigwam). hier hebben we even gezeten en genoten van chocolademelk met iets lekkers.
In de straten kwamen we regelmatig zangers, muzikanten en andere wonderlijke figuren tegen. Het voelde als een stap terug in de tijd. Er waren ontzettend veel bezoekers, mede misschien door het zachte weer die dag. Meestal is het goed koud in Røros rond deze periode. Wij hebben er in elk geval van genoten.
In Røros kom je heel veel binnenplaatsjes tegen, de zgn. gården. Hier werden de vele handelaren in vroegere tijden ondergebracht. Nu zijn veel van deze hofjes weer ingericht als toen. Eén van de eerste die we bezochten was Langknutgården. Hier vond Cok zijn boot...
Boven op een klein zoldertje zat deze man hard te werken aan zijn mandjes en andere verkoopwaar. Een 'korgmaker'. We hebben zijn handwerk bewonderd, maar hebben niks bij hem gekocht.
Na wat hebben rondgekeken zijn we aangeschoven bij de 'kaffebålet' voor keteltjeskoffie uit de 'svartkjele' met een wafel. Rondom een vuur staan houten bankjes met dierenvellen, waarop je plaats mag nemen en de koffie is vaak gratis.
Langknutgården werd deze week bewoond door Dalarna Femund Forkjørarforening. Dit is een Zweeds-Noorse vereniging die als doel heeft om de Forskjørerkultuur in het Noorden te bewaren en documenteren. Dit jaar zijn ze op 7 februari vertrokken uit Zweden, om na 10 dagen reizen met paard en slede op de ouderwetse manier, aan te komen in Røros op 17 februari. Om dit te kunnen betalen verkocht deze man sterke drank uit een vaatje voor een klein bedrag. Hij moest een lijst vol hebben met 500 namen en telefoonnummers. Je kon er ook nog een prijs mee winnen. Ik heb met onze drie namen de lijst compleet gemaakt, kreeg een lekker drankje en hij was tevreden.
Cok had het goed naar z'n zin....lekker struinen tussen alle oude spulletjes die de handelaren hadden meegenomen op hun sledes.
Toen kreeg hij het idee dat hij een echte bontmuts moest kopen. Dat wordt dan onderhandelen natuurlijk...op z'n Noors en in 't Engels.
In Finborudgården kwamen de Nord-Østerdal Lasskjørerlag tegen. Eén van de leden van deze vereniging is 'onze' Jan, waarmee we 2 dagen daarvoor een sledetocht hadden gemaakt in Savalen. Het was erg gezellig met veel drank en muziek op deze binnenplaats.
We hebben ze later in Bergmansgata gevonden bij één van de marktkooplui.
Omdat we trek kregen in wat lekkers en de restaurantjes en café-tjes tot de nok toe gevuld waren, hebben we op straat een Elanden-burger uitgeprobeerd. Ik zat daarvan behoorlijk vol en hoefde de eerste uren niks te eten.
In Finnegården troffen we Fron Lasskjørerlag uit Gudbrandsdalen. Zij vertelden de kultuur uit die streek door middel van muziek en vertellingen. Ook was er eten en handwerk te koop. Mijn moeder heeft nog een nisse met een vlasbaard op de kop getikt.
Ik vond op het laatste nippertje nog mijn wollen handschoenen en kocht tòch nog dat éne houten schaaltje dat ik zo leuk vond in Apotekergården. Daarna hebben we in het winkelcentrum nog wat gedronken en ketchup gekocht voor het thuisfront.
En toen sloeg de vermoeidheid toe. Alle indrukken en het slenteren eisen zijn tol en het wordt tijd om richting de auto en de hytte te gaan. Het was weer een geweldige leuke dag.
Op de terugweg in de auto wordt ik nog gebeld door Dalarna Femund Forkjørarforening dat ik een prijs heb gewonnen. Ze zullen het naar ons huis opsturen...
We hebben zaterdag nog een extra dag van de hytte mogen genieten. Berit, de eigenaresse vond het zo vervelend dat we niet naar boven konden komen met de auto, dat ze de hut een dagje extra aanbood. Dit aanbod hebben we dankbaar aanvaard en we werden beloond met de hele dag zon.
De mannen hebben de auto's 's morgens naar boven kunnen rijden, zodat we zondag makkelijk alle spullen in konden laden. De jongens hebben nog lekker in de sneeuw gespeeld met opa.Tussen de middag hebben we alle restjes van de fondue verzameld, de salade, restjes vlees en nog wat worstjes voor de kinderen gebakken en heerlijk buiten op kunnen eten.
André en ik zijn naar het hotel gelopen om te vragen of er nog plek was voor het Østerdalsbord die avond. Gelukkig was er nog een plekje vrij. Op de terugweg kwamen we Julenissen en Snotnissen nog tegen. (Snotnissen is de broer van de kerstman, maar niet zo erg aardig...).
Het buffet is echt aan te raden, en een heerlijke afsluiter van onze vakantieweek. Het bestaat uit veel gedroogd vlees, met name wild en vis. Daarnaast ook veel bekende en minder bekende gerechten uit deze streek.
Zondag hebben we de spullen bij elkaar geraapt, de hytte schoon achter gelaten en naar ons huis vertrokken. Maandag gingen Cok en mijn moeder al vroeg in de ochtend op reis naar Oslo voor de boot. Ze voorspelden veel wind, sneeuw en regen onderweg, dus ik was blij toen ze een berichtje stuurden dat ze veilig bij de boot waren.
Dinsdag kregen we een pakketje binnen met de prijs die we hadden gewonnen: het is een zogenaamde Muddbånd. De bontjassen die de mensen dragen heten mudd-pels en heeft geen knopen ed. Hij wordt bij elkaar gebonden door deze band. Bijzonder om zoiets te krijgen, maar nu moeten we nog even bedenken wat we ermee gaan doen. Om nu meteen een mudd-pels aan te schaffen gaat mij iets te ver....
Hé Linda (en de rest van de familie natuurlijk), leuk dat je deze blog zo bijhoudt. Ook best leerzaam met alle bezienswaardigheden vanuit jullie woonomgeving. Kan ik ook zien waar mijn zus uithangt... :-). Goed om te zien dat jullie het naar je zin hebben. Groetjes Ome Kees :-) (en de rest van de mijn familie...)
BeantwoordenVerwijderen